13 juli: Port Ellen – Ballycastle


Vandaag hebben we Schotland verlaten en zijn we met een korte oversteek van 25 zeemijl overgestoken naar Ballycastle in Noord-Ierland.

Ballycastle is een leuk klein toeristenstadje met ook een kleine marina. Toen we aankwamen kreeg ik gelijk een telefoontje van Simon Currin, de commodore van de Engelse Ocean Cruising Club. Ik ben lid van deze club en hij had ons op de AIS al gespot. We zijn diezelfde avond met Simon en zijn vrouw Sally uit eten gegaan. Dit werd een bijzondere avond, vooral doordat Simon en zijn vrouw boeiend kunnen vertellen over de vele avontuurlijke (zeil)reizen die zij over de hele wereld hebben gemaakt. Opeens voel ik mij bijna een amateur zeiler.
15 juli: Giant Causeway en Glenarm



De volgende ochtend zijn wij met de bus vanuit Ballycastle naar de Giant Causeway gegaan. Deze Unesco werelderfgoed plaats bestaat uit een kust vol met pilaren van 6 hoekige basaltblokken. Tegen de kliffen aan lijken deze pilaren op een soort van enorme orgelpijpen. Aan de zee zijn de pilaren afgesleten/afgebroken tot 6 hoekige stapping stones. Ondanks alle zomervakantiedrukte is dit indrukwekkend om te zien.



Wederom in verband met het getij, kunnen we pas in de namiddag Ballycastle verlaten om naar Glenarm te zeilen. Dit is een heerlijke tocht met dolfijnen rond de boot en prachtige uitzichten op de kliffen van Fair Head.

Vooraf had ik al naar de haven van Glenarm gebeld met de vraag of we daar nog terecht kunnen. De havenmeesters vertelden via de telefoon dat ze normaal om 16:00u naar huis gaan, maar dat ze speciaal voor ons nog wel even zouden blijven om te helpen met het aanleggen. De twee, wat oudere, havenmeesters zijn bij aankomst in Glenarm inderdaad aanwezig om ons te helpen. Beiden met een biertje in de hand en een sigaret in de mond. Ze hebben het met z’n tweeën samen duidelijk heel erg naar hun zin in de marina. Kennerlijk vonden ze dat leuker dan thuis op de bank zitten. De volgende ochtend zitten de twee heren al vroeg weer in hun kantoortje van de marina en zijn duidelijk (net zoals ikzelf) om een praatje verlegen.

De heren vertellen dat zij vroeger politieagent zijn geweest en dat ze zich vooral “British” voelen. De heren waren daar duidelijk trots op en maken ook direct duidelijk dat ze niets te maken willen hebben met katholieken en met Ierland. Ze vertelden dat ze bewust er voor gekozen hebben om, naast hun Britse paspoort, niet ook het Ierse paspoort aanvragen vragen. Ik hoor hun verhalen aan en ga maar niet in discussie. De wrok jegens de katholieken en Ierland die zij opeens tentoonspreiden kan ik als toerist immers toch niet zomaar wegnemen. De discussie aangaan om te pleiten voor meer nuances is duidelijk niet zinvol.
Diezelfde ochtend maken we nog een prachtige wandeling in een vallei vlak bij het dorpje om pas aan het eind van de middag te vertrekken naar Bangor.
16-18 juli Bangor en Belfast
Bangor is een vooral een grote voorstad van Belfast. De marina van Bangor is heel groot en vooral onpersoonlijk, vooral in vergelijking met de kleine haventjes en ankerplaatsen waar we de afgelopen maand hebben gelegen. Het prettige van Bangor is wel dat we met de trein snel van Bangor naar Belfast kunnen reizen.
Belfast blijkt onverwacht leuk en indrukwekkend te zijn. De eerste dag in Belfast hebben we eerst het Titanic museum bezocht. Dit museum noemt zichzelf een “experience” en dat blijkt inderdaad de juiste benaming. De circa 2 uur durende experience bestaat uit enorme multi-media presentaties die ons onderdompelen in het leven in Belfast van rond 1900. We zien hoe de stad er toen uitzag, hoe de mensen er leefden, hoe groot de scheepswerven van Belfast toen waren, hoe de Titanic gebouwd werd en tenslotte hoe de Titanic aan zijn eind gekomen is. Het blijkt veel leuker te zijn dan we vooral verwacht hadden. Na dit museumbezoek lopen we de binnenstad van Belfast in en dat blijkt een verassend frisse stad te zijn met authentieke restaurants, cafés en met een aantal bijzondere gebouwen.



De volgende dag zijn Sietse, Roos en ik nogmaals met de trein naar Belfast gegaan. Dit om een “black cab tour” te maken door het wijken van Belfast waar de Troubles het heftigst waren. We worden in een oude Engelse taxi rondgereden waarbij de taxichauffeur op vele plekken stopt om uitleg te geven over wat er op die plaats gebeurde in de periode van de burgeroorlog tussen katholieken en protestanten. Omdat de taxichauffeur zelf aan de beruchte Shankill Road woont, wordt zijn verhaal meteen persoonlijk en invoelbaar (maar daardoor ook een beetje gekleurd). Hij heeft gelukkig de opdracht om in zowel de katholieke als de protestante wijken rond te rijden en om een zo objectief mogelijk verhaal te houden.



Het feit dat Belfast nog steeds een kilometerslange, 10 meter hoge, muur nodig heeft om de twee partijen te scheiden is amper voor te stellen. De goed onderhouden muurschilderingen waarop op heroïsche wijze de oude protestante en katholieke warlord afgebeeld (en vereerd) worden, maken duidelijk dat er niet heel veel nodig is om de frisse sfeer in de stad om te laten slaan in haat, geweld en angst. En dat allemaal op 500 km van ons huis!
19-7: Ardglass
De getijdestromen zijn in een week tijd weer helemaal omgedraaid en vandaag vertrekken we al vroeg in de ochtend vanuit Bangor, wederom met de vloedstroom mee. De bestemming is Ardglass. Op zich een prima zeiltochtje met prima weer. Alleen de aankomst aan het begin van de middag is opeens spannend. In de laatste meters vlak voor de haven box, blijft de gashandel van de boot in de vooruit vaststaan waardoor we met een rotvaart tegen de kade aan dreigen te botsen. Alleen met veel geweld krijgt Sietse (gelukkig) de gashandel op het allerlaatste moment in de neutraal, waardoor we nog net zonder schade kunnen aanleggen. We hebben duidelijk tijd nodig voor een lastige reparatie om de gashandel weer soepel te kunnen bedienen.

Na een volledige demontage van het stuurhuis blijkt dat de eindstang van de zgn. morsekabel geheel verbogen is en vervangen moet worden. En dat in the middle of nowhere van Noord-Ierland. We zijn daarom maar naar de havenmeester gegaan om verder raad te vragen. Hij gaf ons een telefoonnummer van Derrick, een lokale onderhoudsmonteur. Derrick had gelukkig tijd en kwam nog dezelfde avond rond 17:00 op onze boot om ons te helpen.

Pas drie uur later hadden we de morsekabel verwijderd en alles klaar gemaakt om de volgende avond een nieuwe kabel te kunnen monteren. De volgende dag hadden wij nu opeens onverwacht de tijd om de omgeving van Ardglass wat te verkennen en ‘s avonds komt Derrick opnieuw direct na zijn werk naar onze boot. Zijn vak is het repareren van oude rally-auto en het opknappen van oude boten. Hij heeft dus precies de juiste kennis en ervaring. Gelukkig had hij overdag een nieuwe morsekabel van de juiste lengte kunnen vinden in Dublin. Een paar uur later was alles weer gemonteerd en aangesloten en functioneerde de gashandel weer heel soepel. Wat een geweldige en snelle service van mensen die bereid zijn om twee avonden door te werken voor een stelletje toeristen.
Kortom, lang leve Noord-Ierland, wat een bijzonder land en wat een bijzondere mensen hebben mogen ontmoeten.
